Witte wijn
Witte wijn wordt gemaakt uit het sap van druiven. Omdat druivensap geen kleurstof bevat zal de wijn nagenoeg blank zijn. De most is dus vrij van schillen, steeltjes en pitten die wel veel kleurstoffen bevatten. Witte wijn kan derhalve ook van blauwe druiven gemaakt worden, een blanc de noirs. Franse witte wijnen die gemaakt worden van witte druiven worden ook wel blanc de blancs genoemd. De werkelijke kleur van de wijn wordt bepaald door het gebruikte druivenras en of de wijn wel of geen houtrijping ondergaat. Ook leeftijd speelt een rol. Een jonge wijn kan een groene zweem vertonen. Hoe zuidelijker en warmer, hoe meer de kleur naar goud gaat. Bij oudering van de wijn zal de kleur ook veranderen. Variaties van bleek met een groenachtige schijn naar bleekgoud en bleekgeel. Maar ook fijngoud en strogeel tot groengoud, geelgoud en oudgoud. Laatste stadium is donker geel met iets van oranje. Allemaal variaties die als witte wijn worden aangemerkt. Witte wijnen worden koel geserveerd. Hoe warmer de omgevingstemperatuur, hoe koeler de wijn moet zijn. Hoe koel hangt van meerdere factoren af. Het type wijn en/of de kwaliteit van de wijn spelen hierbij een rol. Hoe koeler de wijn genuttigd wordt, hoe minder de wijn zijn smaak kan prijsgeven. Het zijn daarom vaak de makkelijkere wijnen die aanbevolen worden om extra koud te drinken, rond de 10 tot 12 graden. Zijn het meer complexe wijnen dan ligt de ideale serveertemperatuur tussen de 12 en 14 graden. Bij welk gerecht welke wijn het beste gedronken kan worden, is van meerdere factoren afhankelijk. We zoeken dan vooral naar synoniemen in smaakkracht, mondgevoel en type aroma´s om wijn en spijs met elkaar te verbinden. Kijk bij de proefnotitie naar de aanbevolen wijn-spijscombinaties of vraag advies via info@vojacek.nl